Zola lezen: Het Meesterwerk

Onlangs las ik dat er een vertaling was verschenen van L’OEuvre van Zola. Uitgegeven door Uitgeverij Oevers te Zaandam. Vertaald door Lidewi van den Berg en Marijke Scholtes.

Voor mij een reden om mijn Pléiade te pakken en daarin dit boek te lezen. Ik probeer zo nu en dan een “klassiek” boek te lezen om weer even te beseffen wat de schrijver toen te vertellen had en om na te gaan of het mij nog kan boeien en om
het dan eventueel onder de aandacht te brengen.

Vanaf het begin raakte ik geboeid en hoefde niet geduldig te zijn en dus af te wachten. Zola is voor mij nog steeds zeer leesbaar. Goede verteltechniek. Hij munt uit door prachtige beschrijvingen, zowel van Parijs en met name het uitzicht op het Ile de la Cité, de Seine, de obsessie van de de schilder Claude Lantier, als van de menigten op de Salon des Refusés. Maar ook die van de bijeenkomsten van de kunstbroeders en aanhang. Aanhang, want het betreft een mannenwereld hier (eind 19de eeuw) met maîtresses en echtgenotes.

Alleen Christine, de vrouw van Claude, eens zijn model, vervolgens vriendin en met wie hij later trouwde, krijgt een belangrijke rol in deze roman. Het ontluiken van hun liefde voor elkaar, het bloeien van die liefde buiten Parijs. Het kind dat uit deze liefde geboren wordt kan het moederhart niet doen ontwaken. Haar aandacht en liefde gaat uit naar Claude. En Claude voelt zich zeker geen vader, slechts artiest, schilder.

Bij terugkeer naar Parijs raakt Claude verstrikt in zijn obsessieve modernistische manier van schilderen. Het is met name de periode van het plein air en het impressionisme. Hij wordt voortdurend afgewezen en mag dus niet exposeren op de Salon. Toch zien zijn kunstbroeders hem als de grote vernieuwer.
Het wordt een soort gekte en hij verwaarloost zijn vrouw en zijn kind.
Het lukt Christine niet om hem te heroveren. En het kind sterft door verwaarlozing eigenlijk.
Een bijna te verwachten tragische afloop.

Het boek is in het bijzonder ook een rake beschrijving van het kunstenaarsleven van die tijd. Zola heeft daaraan deelgenomen, was bevriend met Cézanne vooral. Zelf komt hij een beetje terug in de persoon van Sandoz, een schrijver, die zijn ideeën heeft en een trouwe vriend van Claude is. De kunstenaarswereld die hij beschrijft zal niet veel van die van nu verschillen.

Er zitten prachtige passages in dit boek. De talloze beschrijvingen van het Ile de la Cité met name maken ons duidelijk dat we met een kenner te maken hebben. Zola wist als goede fotograaf waar hij het over had. Het kijken van de schilder wijkt niet zoveel af van dat van de fotograaf. Maar hier komt de vormgeving aan de orde. Daar ligt het probleem van Claude. Het zoeken, het niet vinden en het geaccepteerd worden.
Bijna wel, maar de obsessie wint.

Het boek eindigt met een onvergetelijke beschrijving van de begrafenis van Claude. Over Christine wordt nauwelijks nog gerept…

In de editie van de Pléiade geeft Etienne Mitterand een schat aan informatie over de betrokkenheid van Zola met vooral Cézanne. Onmisbaar voor de liefhebber.

Leave a Comment

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *